Willem Hendrik Johan Everhardus van Daalen: Perbedaan antara revisi
Konten dihapus Konten ditambahkan
k Sembunyikan konten yang belum diparafrasa. |
|||
Baris 9:
Pada tanggal 25 Februari 1942, rombongan Batalyon Inheemsche Militie Manado tiba malam hari di [[Pelabuhan Poso]]. Mereka disambut di pelabuhan oleh Schilmöller, residen [[F.C.H. Hirschmann]], yang menggantikan residen Van Rijn, asisten residen [[L.C.J. Rijsdijk]] yang menggantikan asisten residen [[Jan Jurian Mendelaar]], kontrolir [[H.J. Van Schravendijk]], Bestuursassistent [[Wim S. Warouw]], dokter [[A.G.J. Kandouw]], jaksa [[Theodorus Polii]] dan [[Barends Pontoh]], kepala [[kantor pos]] Umboh, ''school opziener'' (pemilik sekolah) Marthin Supit, [[Talasa|Raja Talasa]], serta para pemuka masyarakat lainnya.
<!-- http://web.archive.org/web/20150606173711/http://nl.wiki-indonesia.club/wiki/Willem_Hendrik_Johan_Everhardus_van_Daalen Van Daalen deed in juli 1935 toelatingsexamen voor de Koninklijke Militaire Academie en werd in september benoemd tot cadet der infanterie voor het leger in Nederlands-Indië. Tijdens zijn studie aldaar was hij voorzitter van de Algemene Cadetten Sportvereniging. Met ingang van 30 juli 1939 werd hij bevorderd tot tweede luitenant en vertrok vervolgens per Dempo naar Indië. Aldaar werd hij geplaatst bij het dertiende bataljon infanterie te Malang. Begin 1940 trouwde hij (18 april 1940) en het jaar daarop werd hij overgeplaatst naar Celebes, inmiddels bevorderd tot eerste luitenant.
Tijdens de verovering van Celebes was majoor Schillmöller de bevelhebber van Celebes. Hij kreeg eind januari het bevel zich samen 15 andere officieren naar Makassar te begeven maar strandde te Poso; aldaar ontmoette hij 60 militairen, onder commando van Van Daalen; nadien werd deze troep nog aangevuld door twee detachementen, onder bevel van luitenant J.A. de Jong. De bedoeling van Schillmöller was nu om met alle beschikbare troepen tot de guerrilla-oorlog over te gaan. Op 9 maart werd echter bericht van de capitulatie ontvangen en besloot hij zich over te geven om strafmaatregelen van de Japanners tegen de Europese en inlandse bevolking te Poso te voorkomen. Van Daalen en De Jong zetten echter met 100 onderofficieren en manschappen de strijd voort, sloegen een Japanse landing te Poso af en trokken zich begin mei, toen 500 Japanners te Pogo landden, met vrouwen en kinderen terug in het binnenland, waar zij weigerden te capituleren.
|